Marijke Van Zutphen
Culinaire Huiskamer Bijeenkomsten met gastsprekers en colloquia
copyright 2015 Marijke Van Zutphen
Al evenmin trouwens wilde Haitink aan de door Deryck Cooke gerealiseerde versie van Mahlers Tiende, iets waaraan ongetwijfeld de invloed van Flothuis niet vreemd zal zijn geweest die op een van zijn voordrachten deze poging heeft omschreven als “de Eerste symfonie van Cooke, gebaseerd op de schetsen van de Tiende van Mahler.” En, om nog even bij Mahler te blijven, over de thans hevig opgeld doende discussie over de volgorde van de middendelen in diens Zesde symfonie zegt Haitink dit: “Ik ben er van overtuigd dat het scherzo meteen na het eerste deel moet komen (…) Vlak voor de finale heb je een rustpunt nodig. Als je daar het scherzo zou zetten, slaan die twee delen elkaar dood. Maar als je het scherzo meteen na het openingsdeel doet en dus daarna het andante speelt, schep je adem voor de finale.” Dat kan de droogstoppelige musicoloog, Reinhold Kubik, die daar een eindeloos referaat aan wijdde om daarin de omgekeerde volgorde te verdedigen, in zijn zak steken! Ontroerende momenten Veel zou er nog over dit voortreffelijke en uiterst goed leesbare boek zijn op te merken, zoals over zijn recente ontwikkeling als Beethovendirigent, bijvoorbeeld. En wie kan dat beter doen dan Nelissen die als weinig anderen in ons land een gedegen inzicht heeft in de receptiegeschiedenis van Beethovens orkestrale nalatenschap? Het laatste hoofdstuk met de veelzeggende titel ”Epiloog: dirigeren, een merkwaardige bezigheid”, brengt ons weer terug bij de titel van dit boek. Opnieuw klinkt soms die twijfel door, maar ook een verzoening met de gelukkige en vooral ontroerende momenten, waarbij Haitink met name de aanhef van het openingsdeel van Bruckners Zevende, de overgang naar de finale in de Vijfde van Beethoven, het Benedictus in de Missa Solemnis en het langzame deel van Mozarts Jupitersymfonie noemt. Kortom, in dit afsluitende chapiter uit Haitink zich nog persoonlijker dan elders in deze interviewverzameling en laat staan in onverschillig welk kranteninterview. Zijn eindconclusie is dat hij aan het plannen van een afscheidsconcert eenvoudig niet wil denken, maar dat hij zich wel op een dag kan voorstellen dat hij wakker wordt en vaststelt “zo, dat was het, ik doe het niet meer”, om daarbij meteen weer de hoop uit te spreken dat dit nog even zal duren. Stoerheid Een verhaal apart vormen de illustraties, die de aanschaf van deze uitgave tot een extra begerenswaardig object maken. Zo beschikken we dankzij het niet-aflatende speurwerk van Nelissen over een van de oudste en nooit eerder gepubliceerde foto’s van Haitink, gemaakt tijdens een zomervakantie te Bergen aan zee in 1939. Daarop zien we hem piepjong en wel voor de deur geposteerd van het vakantiehuisje van de familie in Bergen aan zee met zijn viool in de hand. En met een zeer rustige en ontspannen blik. Een andere, en naar mijn smaak ronduit sensationele,
6